Maandag 10 maart: ons derde tegen het derde van Amsterdam West. Niet alleen qua interne ranking gelijk, maar ook vergelijkbaar qua sterkte al heeft Amsterdam West een wat beter ratinggemiddelde. Dus moesten we met twee invallers (alweer; maar die invallers scoorden wel 2 punten …) aantreden. Het werd een kleine, gelukkige overwinning, die ons meteen in veiligheid bracht. De laatste ronde tegen Chaturanga kunnen we vrijuit spelen.
Ik heb niet veel kunnen zien omdat mijn eigen partij mij aardig in beslag nam. Niettemin een impressie.
Albert Kortendijk (bord 7, zwart) scoorde tegen 22.00 uur een eerste punt. Wel met veine, want zijn tegenstander blunderde in betere stelling. Daarna was het een tijdje rustig. En zo tegen het laatste half uur kwamen de verder resultaten los. Johan Dielhof (bord 6, wit) wist te winnen vanuit een m.i. gelijkwaardige stelling met over en weer druk op de tegenovergesteld gerokeerde koningsstellingen, door (alweer) een fout van de tegenstander. Niet veel later maakten Ton van Rooijen (bord 4, wit), Leo Damen (bord 3, zwart) en Richard van ‘t Schip (bord 2, wit) remise. Alledrie na stevig positioneel geschuif zonder dat de balans doorbroken werd.
En met 3 1/2 punt mocht ik zelf (bord 1, zwart) vervolgens matchwinner spelen. Dat kondigde zich al de hele avond aan nadat mijn opponent zich al vroeg na de opening gedwongen zag op avontuur te gaan met een stukoffer omdat hij kansloos zijn e-pion ging verliezen. In de afwikkeling won ik nog een kwaliteit, maar wel ten koste van een kwetsbare koningstelling: ik moest voortdurend alert zijn op eeuwig schaak, dan wel trucjes, met behulp van mijn zware stukken die daardoor maar niet tot samenwerking kwamen. Pas na uren precies spelen lukte dat waarna de winst ook meteen een feit was. En gelukkig maar …… want de poet was daarmee op: zowel Johan Bertelkamp (bord 8, wit) als Andries Speek (bord 6, zwart) keken tegen verloren stellingen aan en moesten niet lang daarna opgeven. Johan had lange tijd een gelijkwaardig spel, maar in de latere fase belandde hij in een verloren eindspel met een oprukkende zwarte b-pion. Die tegenhouden deed de kwetsbare d4-pion vallen en dat was teveel. Andries had de hele partij lastig gestaan en moeite gehad om zijn stukken actief te krijgen terwijl zijn tegenstander makkelijker goede velden voor zijn stukken vond. In tijdnoodfase kwam Andries’ koning in de open lucht onder vuur van witte torens en loper en pion g5: dat leidde tot mat, al had de aarzelende witspeler daar een herhaling voor nodig om dat te zien. Andries sprak geruststellend tot hem: “… ja, doe het maar”.
Afijn, eind goed al goed. Volgende keer “gallery play”?! In ieder geval moet het volgend seizoen beter kunnen gaan.